De laatste weken was ik in Polen. Ik maakte een rondreis om mijn indrukken van een bezoek tien jaar geleden met eigen ogen te toetsen aan het Polen van nu. En ik moet zeggen, Polen ontwikkelt zich in hoog tempo. De steden, de dorpen, de huizen, de wegen, de bedrijventerreinen, de winkels, de toeristenindustrie, de horeca, het ziet er steeds meer gelikt uit. Die Polen redden het wel. Tijdens de reis las ik (het stond toevallig op een e-reader die ik mee had) een boek: “Omhoog kijken in platland, over geloven in de wetenschap”. Het is een boek uit 2007, onder redactie van Cees Dekker e.a. In dit boek zet een twintigtal gelovige wetenschappers uiteen wat volgens hen het verschil is tussen geloven in god en de schepping als (creationistische) vormgeving van de aarde en wetenschap als (rationele) onderzoeker en ontdekker van het ontstaan en de ontwikkeling van onze wereld. De algemene strekking van de bijdragen is dat de wetenschap zinvol is en bijdraagt aan het begrijpen van ons leven op aarde maar dat de schepping en de besturing van de wereld in handen zijn van god. Van die éne christelijke god nota bene, een andere god bestaat niet! Ook het bestaan van de duivel als veroorzaker van het kwaad wordt als een gegeven over de lezers uitgestort. En natuurlijk wordt het leven hier op aarde gevolgd door een leven in het hiernamaals. Je moet, om de religieuze redeneertrant en de daaruit voortvloeiende moeizame relatie tussen geloof en wetenschap te volgen (te begrijpen is het niet), het boek gewoon zelf eens lezen. Ik ben van menig dat de weledelzeergeleerde heren (want dat zijn het over het algemeen) in hun bijdragen niet veel verder komen dan een plat en doorzichtig zendelingschap. En dat niet in arme onontwikkelde landen, hun werkterrein is de wereld van de wetenschap. Niet gelovige wetenschappers worden weggezet als wereldvreemde zoekers die het belangrijkste (god die de aarde en de mens heeft geschapen) over het hoofd zien of niet willen zien. De auteurs mogen academici zijn, ze zijn wel heel erg arrogant in de wijze waarop ze hun religie als enige waarheid neerzetten. Er is geen spoor van bewijs dat er een god en wat daar mee samenhangt bestaat. Hun geloof degradeert ze tot de verspreiders van leugens en onzin. Iets wat niet past bij een wetenschapper. Eén van de dagen in Polen verbleef ik in Krakòw. Een prachtige oude stad met veel cultuurhistorie. Heel erg toeristisch maar de moeite waard. Krakòw is ook de stad waar Karol Wojtyla (geboren in het nabij gelegen Wadowice en ook bekend als paus Johannes Paulus II,) studeerde en werkte. In de stad waart zijn geest rond, deels uit religieuze, deels uit commerciële overwegingen. De stad is vol herinneringen, souvenirs, foto’s, beelddoeken, plaquettes en natuurlijk de (kerk- en universiteits-) gebouwen waar Karol ooit studeerde, werkte, at of sliep. Je kunt Karol-excursies boeken en je gratis door reli-verkondigers laten rondleiden. Opvallend was dat er heel veel groepen schoolkinderen door Krakòw liepen, begeleid door onderwijzend personeel (soms ook nonnen). Kinderen op excursie naar Karol. Ik heb op een aantal plaatsen, zittend op een muurtje of in een kerkbank, gevolgd wat die kinderen werd verteld over Karol en zijn baas, de god van hemel en aarde. Je wilt het niet weten. Een volgende generatie wordt geïndoctrineerd en rijp gemaakt voor de onzin die religie heet. Met Polen gaat het goed, het boek over platland is een onzinnig verhaal en Karol’s geest woekert verder. Maar er is ook goed nieuws, in Krakòw wordt ook een mars voor het secularisme gehouden. Zie foto.
Polen, platland en Karol's geest
26.06.15 12:23 AM