De Vrije Gedachte
De Vrije Gedachte
Atheïstisch-Humanistische Vereniging

Onzin uit Den Bosch

05.11.17 10:58 PM Door De Vrije Gedachte
23Van Jan Willem Nienhuys De bisschop van Den Bosch, mgr. dr. Gerard J.N. de Korte en zijn hulpbisschop mgr. Rob G.L.N. Mutsaerts publiceerden onlangs artikelen in de krant. De Korte probeerde uit te leggen waarom hij ten onrechte genomineerd was voor de Meester Kakadorisprijs, bestemd voor personen die de kwakzalverij bevorderen. Hier is zijn artikel; ik las het op 23 september 2017 in het Eindhovens Dagblad: https://www.ed.nl/extra/bisschop-een-kwakzalver~a8c57c52/ Recenter (27 oktober 2017) reageerde Mutsaerts op een interview met Richard Dawkins door Martijn van Calmthout in de zaterdagbijlage Sir Edmund van de Volkskrant van 21 oktober 2017. Dawkins zei ‘Geloven is lui en laf.’ Mutsaerts betoogde dat de wetenschap juist in het christendom was ontstaan: https://www.volkskrant.nl/opinie/opinie-wetenschap-is-juist-in-het-christendom-ontstaan~a4523744/ Eerst maar De Korte. Hij beweerde dat kwakzalverijbestrijders vanwege hun materialistisch wereldbeeld geen oog zouden hebben voor geesten. Maar echte moderne dokters zijn helemaal geen materialisten in de gebruikelijke zin. Zij hebben juist veel oog voor psychologische effecten. Voorts zou de Veldhovense pastoor én arts Frank As (hij is nog BIG-geregistreerd!) onderscheid kunnen maken tussen psychische stoornissen en effecten van lichaamsloze boze geesten. Maar echte psychiaters kunnen dat niet eens, hoe zou een arts die meer dan een kwart eeuw geleden voor het laatst wat dokterde dat dan wel kunnen? Men zou kunnen aanvoeren dat er van zo’n exorcisme heel wel een placebo-effect zou kunnen uitgaan. Tja, met zou-toch-kunnen kom je een heel eind. Het is hoe dan ook lastig om te voorspellen wanneer een placebo-effect zich zal voordoen, en verschil maken tussen een psychische aandoening die behandeling behoeft en een die met een suggestie verdwijnt is niet zo eenvoudig. Het schokkendst is toch wel De Kortes derde argument, namelijk dat demonen bestaan, dat wil zeggen lichaamsloze doelbewuste entiteiten met een eigen wil en verstand die zich met kwade bedoelingen meester maken van sommige mensen en die die personen slechte dingen laten doen. De Korte zegt: kijk maar naar de SS. Als historicus moet De Korte toch weten dat de jodenhaat van de nazi’s de vrucht was van twee millennia christelijk antisemitisme te beginnen met het evangelie van Johannes. En dat zijn kerk met haar kruistochten, ketter- en heksenvervolgingen en godsdienstoorlogen buitengewoon veel boter op het hoofd heeft en dat de Bijbel op tal van plekken genocide aanbeveelt: iedereen uitroeien die het niet met je eens is. (Dat de Bijbelse massale moordpartijen geheel verzonnen zijn doet niet ter zake, wel dat ze worden voorgesteld als acties van God zelf dan wel uitgevoerd op diens uitdrukkelijk bevel.) Als je redeneert zoals De Korte is het bestaan van het christendom het beste bewijs van het bestaan van duivels. Mutsaerts Mutsaerts heeft natuurlijk wel een beetje gelijk. Wetenschap, dus de combinatie van theoretisch inzicht met praktisch vernuft en nieuwsgierigheid naar hoe de wereld in elkaar zit, zou je kunnen laten beginnen met Galileo Galilei, en dat was een vrome katholiek. Dawkins is wat voorbarig met zijn ‘Geloven is laf en lui’-oordeel (door Mutsaerts geciteerd als ‘Gelovigen … zijn … laf en lui’ (de stippeltjes staan voor wat Dawkins niet zo zei). De grote Newton was geen van beide. Die was onderzoekend genoeg om te constateren dat de leer over de drievuldigheid (één God in drie Personen) onzin was. Dawkins en veel wetenschappers met hem denken dat religie in de eerste plaats een verklaring biedt voor het universum. Dat is niet zo. De gewone gelovige is het worst wie de sterren heeft gemaakt. Religie biedt hulp bij vragen zoals ‘waarom gaat mijn kindje dood’ of ‘waarom mislukt de oogst’? De ‘hulp’ bestaat erin dat de rol van onzichtbare entiteiten wordt uitgelegd. Mensen geloven in wat de religie te bieden heeft op verschillende emotionele gronden en emoties overstemmen nu eenmaal de rede. De argumenten van Mutsaers rammelen aan alle kanten. Copernicus was noch priester, noch wiskundige. Hij was kanunnik van het bisdom Ermland in voormalig Oost-Pruisen. Hij was tevens lijfarts van zijn oom de bisschop, en hij had een lagere wijding ontvangen. Hij had canoniek en civiel recht gestudeerd, en daarna medicijnen. Behalve astronomie had hij Grieks als hobby. Volgens Mutsaerts was de monnik Gregor Mendel een voorloper van Darwin. Dat is dubbel fout. Mendels stukje over erfelijkheid bij erwtenvariëteiten dateert van 1866, en Darwins Origin of Species is van 1859. Mendel zei helemaal niets over evolutie. Het is natuurlijk wel zo dat Darwin geen flauw idee had hoe de erfelijkheid werkte, en dat Mendels ontdekking, die overigens eerst onopgemerkt bleef, de eerste stap was naar een beter begrip.
Galilei De persoon die schittert door afwezigheid in Mutsaerts opsomming is Galilei. In plaats daarvan schrijft hij: ‘Katholicisme … heeft nimmer de neiging gehad zich tegen de wetenschap te verdedigen.’ Je moet maar durven. Galilei had op wetenschappelijke gronden geconcludeerd dat Copernicus gelijk had. Daar had de r.-k. kerk ernstig bezwaar tegen gemaakt, omdat het in strijd was met een bepaalde passage in de Bijbel. Daar zat achter dat Galilei eerder had beloofd dat hij daar niet over zou schrijven, en dat toen hij het wel deed, had hij dat in een populair-wetenschappelijk boek gedaan en aan het eind de paus flink belachelijk gemaakt. Je moet altijd oppassen als een wetenschapper meteen naar het grote publiek gaat met zijn ideetjes. Het ironische is dat als de kerk zich wetenschappelijke moeite had gegeven, dan hadden ze de kokkerd van een fout in de Discorsi kunnen aanwijzen, en hem een koekje van eigen deeg op het punt van ridiculiseren kunnen serveren. Dat zit zo: Galilei had een theorie over eb en vloed die volgens hem onomstotelijk bewees dat de aarde om haar as draaide en tegelijkertijd in een baan om de zon bewoog. Die theorie voorspelde dat het eenmaal daags en altijd op dezelfde tijd vloed zou zijn. Galilei had de eenparige aardrotatie ‘vereenvoudigd’ tot een rechtlijnig heen en weer gaande beweging! Er klopte niets van. Het is tweemaal daags vloed, en de getijden gaan voornamelijk met de maan mee, niet met de zon. Dat was bekend. De rooms-katholieke kerk gaf echter niets om wetenschap en alleen maar om het aanzien van de paus. In dit verband komen wetenschappers vaak met de marteldood van Giordano Bruno aandragen. Maar Bruno had een erg verward idee van de copernicaanse theorie, en voor zover valt na te gaan had de Inquisitie ook helemaal geen belangstelling voor Bruno’s ideeën daarover. Mutsaerts is niet de eerste die betoogt dat het idee dat God de wereld begrijpelijk in elkaar heeft gezet heeft bijgedragen tot het ontstaan van wetenschap. Bij de wetenschap gaat het echter om nauwkeurig observeren en proeven doen, niet alleen maar mooi klinkende theorieën maken. Een ander punt waar de wetenschap een conflict met het geloof oplevert, is de archeologie. Die heeft duidelijk gemaakt dat wat er in de Bijbel staat over David en Salomo en alles wat er aan hen voorafging geheel verzonnen is. Sisyfus De getuigen die Mutsaerts aanroept vormen ook een gotspe. Is Mutsaerts vergeten dat zijn eigen rooms-katholieke kerk werken van Kepler, Pascal en Descartes op de Index van verboden boeken heeft geplaatst, en dat de werken van Copernicus en Galilei daar ook op hebben gestaan? Op diezelfde index stond nog veel meer, onder andere Whites geschiedenis van de oorlog tussen wetenschap en theologie, waar men onder meer kan lezen dat ook Darwin werd bestreden door monseigneurs. Mutsaerts begint wartaal te praten als hij het heeft over andere dimensies van de realiteit die kenbaar zijn op een niet-wetenschappelijke maar toch rationele manier. Mutsaerts vindt religie zoiets als literatuur, dus verzonnen verhalen. Hij mag blij zijn dat hij nu leeft, want met dergelijke opvattingen kwam je vroeger op de Index, zo niet op de brandstapel. Daarna komt er nog meer onzin, namelijk over Sartre en Camus. Volgens Mutsaerts redeneerden die als volgt: God bestaat niet, dus het leven is zinloos. Ik ben niet zo goed thuis in wat Sartre en Camus dachten. Ze vonden dat het leven absurd is, maar niet zinloos. Met name Sartre was politiek geëngageerd. Dat Sartre vrijheid een lege huls vond, is belachelijk. Zijn opvatting was dat de mens vrij is en dus zijn eigen zin moet scheppen, zelf betekenis aan het eigen leven moet geven. Daar word je gelukkig van. Voor Camus geldt iets dergelijks. Die besloot zijn Mythe van Sisyfus (1942), met de verklaring dat je je Sisyfus – de absurde held die de goden verachtte – moet voorstellen als een gelukkig mens. De strijd zelf om de top van de helling te bereiken is voldoende om het hart van een mens te vullen. (1) Dat Camus en Sartre logische conclusies trokken uit hun atheïsme is wat de roomsen indertijd zeiden, en ze werden toen al tegengesproken door de beide heren. Toen al werd opgemerkt dat de theologen zich kennelijk niet konden voorstellen dat een leven zonder God zinvol is. Mutsaerts heeft deze volstrekt oudbakken theorie nog maar eens opgeduikeld en naar de krant gestuurd. Dan sluit Mutsaerts af met te stellen dat het een vooroordeel is dat alleen het empirisch waarneembare voor ‘realiteit’ kan doorgaan. Al met al toont het wel aan dat Mutsaerts niet eens weet waar hij het over heeft. Zijn schrijfsel is lui en laf. Lui omdat er niet de moeite genomen is om voor honderdduizenden lezers even te controleren of de feiten die hij noemt wel kloppen, en laf omdat het lot van Galilei onbesproken blijft. Er is heel veel in de realiteit dat wij niet weten. Elke wetenschapper kan waarschijnlijk zo een hele ris onbekende zaken opnoemen. Sterker, als alles bekend zou zijn, dan zou het wetenschappelijk onderzoek ophouden. We spreken over ‘weten’ als we overtuigende bewijzen hebben. Veel van wat de wetenschap weet, botst met ons gevoel. Dat er wezentjes zijn die zo klein zijn dat we niet kunnen zien, dat de hele wereld bestaat uit deeltjes die nog veel kleiner zijn, dat de helft van de atomen in ons lichaam afkomstig is uit ontplofte sterren, en zelfs simpele dingen zoals dat de aarde een bol is, dat alles is echter gestaafd door overtuigende bewijzen. In mobiele telefoons zit een heel arsenaal aan kennis verwerkt. Het lijkt wel toverkunst, maar zo’n ding werkt en dat is een overtuigend bewijs voor de waarheid van die kennis. Tot voor kort had niemand de achterkant van de maan gezien, maar die is altijd als bestaand beschouwd, ook al was die niet ‘empirisch waarneembaar’. Maar hoe is het in religies? Daar zijn ook dingen die met het gevoel botsen, speciaal lichaamsloze personen, maar daar zijn geen bewijzen voor. Er zijn wel theologische woordspelletjes die voor bewijzen doorgaan. Het woord voor de illusie van weten zonder dat er ook maar een spat bewijs voor is, is ‘geloven’. (2) Noten 1. Sisyfus moest voor straf een steen tegen een berg oprollen. Als hij bijna boven was, rolde de steen altijd weer terug en moest Sisyfus opnieuw beginnen. 2. Ik heb diverse inspirerende uitwisselingen van gedachten met anderen hierover gehad. Die wil ik bedanken.

De Vrije Gedachte