God almachtig of kabouter Spillebeen

01.04.16 05:51 PM - Door De Vrije Gedachte
Onlangs werd Erik Akerboom tot de nieuwe korpschef van de Nationale Politie benoemd. Ik ken hem persoonlijk natuurlijk niet maar ik vertrouw erop dat hij de juiste man op de goede positie is. Ik vertrouw erop dat hij alles uit de kast haalt om onze veiligheid te waarborgen. Ongetwijfeld heeft hij hulp en advies van anderen nodig om zijn functie naar behoren uit te oefenen. Ik was wel verbijsterd dat hij bij de aanvaarding van deze functie de hulp inriep van iemand voor wie er niet de minste aanwijzing is dat  hij  bestaat. Letterlijk zei hij: ‘zo waar helpe mij god almachtig’.  Het ontlokte mij de verzuchting ‘godallemachtig’ en eigenlijk had ik hartgrondig willen vloeken. Beledig ik dan een christelijke natie? Alom hoor ik dat wij inmiddels in een geseculariseerde maatschappij leven. Niet dus. Wie verbiedt mij te vloeken? Is het terecht dat gelovigen mij verplichten de naam van hun zogenaamd almachtige niet te noemen? Is dit niet exact hetzelfde als het dreigende bevel dat moslims ongelovigen willen opleggen hun profeet niet te tekenen? In een recent gesprek met een theologe verdedigde zij deze opper-agent met de stelling dat hij mag zweren bij wat in zijn leven heilig of belangrijk is. Maar wat als ik kabouter Spillebeen een geweldenaar vind? En hoe zou de goegemeente reageren als een gelovige moslim tot korpschef benoemd was geworden? Had hij dan gezworen op Allah onder het aanroepen van zijn barmhartige naam: Allah-oe-Akbar? Er moet nog veel gebeuren vooraleer de scheiding van kerk en staat een feit is. Elke agent mag geloven wat hij wil, maar in het openbaar zie ik het liefst dat hij daar zijn mond over houdt. Het blijft een dubbeltje op zijn kant, ofschoon de twee-euro-munt ons blijft herinneren dat ‘god met ons’ is. Alle wetsvoorstellen beginnen nog met ‘bij de gratie gods’ en in diezelfde fictie is onze koning op zijn troon geheven. Bij zijn kroning zwoeren de meeste parlementsleden hem trouw met de bekende twee vingers in de lucht. Geef mij Spillebeen maar dat ik zo vaak voor kleine kinderen gezongen heb. Er is politiek nog veel werk aan de seculiere winkel.