133
natuur gezondigd. Het is hoog tijd, dat zij haar strakheid aflegt en eindelijk begint verdraagzaam te worden. Geen braaf Katholiek zal voortaan willen, dat men zijn naaste om zijn wetenschap en zijn ongeloof pijnigen, op het rooster braden of aan den paal verbranden gaat. Wie in onze dagen nog woeden wilde op de wijze van enkele heetgebakerde ultramontanen van de "Ostschweiz" en van eenige plaatselijke blaadjes uit het katholieke deel van Zwitserland, zou zich slechts voor eeuwig blameeren en aan den gerechtvaardigden spot van alle medeburgers prijs geven; want hij zou daardoor tot een lageren trap van ontwikkeling terugkeeren, toen het dierlijke nog de overhand boven het menschelijke had. In den terugslag (atavismus) is geen heil maar verderf te vinden; dat leeren de eeuwige natuurwetten, en dat moet gij bedenken, waarde menschenvriend! aanpassen of ten ondergaan, dat is het alternatief voor elke menschelijke inrichting!
Ik weet zeer goed, dat er onder den roomsch-katholieken clerus verlichte denkers, ja zelfs vrijdenkers zijn, die niet meer aan de doode letter der overlevering blijven hangen, maar den geest des tijds en den vooruitgang der menschelijke gedachten begrepen hebben. Maar velen van hen missen den moed openlijk te zeggen, wat zij door diep gepeins gevonden hebben, omdat zij meenen, dat het blinde geloof goed genoeg is voor het "gemeene volk". Zij hebben te weinig vertrouwen in het bevattingsvermogen en het zedelijk gehalte van het volk en denken ongeveer zoo als Virchow: "wetenschappelijke waarheden! — dat is goed voor de geleerden en beschaafden — gelooven en niet weten is echter goed voor het volk!" — Dat is een verkeerde rekening; want het volk is niet alleen intelligenter, maar ook zedelijk veel beter dan die heeren gelooven. En dat volk wordt toch onderricht, zelfs wanneer alle professoren der wereld het versmaden, in arbeidersvergaderingen, het eene of andere groote vraagstuk ter sprake te brengen. Wanneer echter het verstandige volk steeds zien moet, dat men het met steenen wil spijzigen en steeds aan den band van geloof en onwetendheid rondleiden, dan keert het den priesters eenvoudig den rug toe. Dat is zeer natuurlijk en recht ook; want de arbeider heeft even