11

geweest zijn, wellicht in werkelijkheid een gedaante, zooals Michael Angelo hem in zijn "Mozes" belichaamd heeft.

Daar hij over al de schatten der Egyptische en Oostersche wijsheid van die dagen beschikte — Egyptische priesters, tegelijk arts, toovenaar, minister en professor, waren zijn leermeesters — was Mozes na de volbrachte bevrijding van zijn volk uit Egyptische slavernij, in staat den grondslag voor een godsdienst te leggen, die door de eeuwen der geschiedenis heen zijne groote beteekenis behield.

Zooals bekend is, verkondigde Mozes het bestaan van één God; Jehova Elohim. Hij is monotheïst. Die god, die het volk Israël tot zijn uitverkoren volk verhief, is, zooals ons, die in de christelijke leer opgevoed zijn, door priesters en leeraars is medegedeeld, over het algemeen een speciaal joodsche God, toegerust met alle toen erkende deugden en menschelijke hartstochten. Hij is de verpersoonlijking van het toenmalig nog tamelijk primitieve Hebreeuwsche godsbegrip: sterk, machtig, ijverzuchtig, grimmig, onbarmhartig tegenover zijn tegenstanders, gruwzaam voor zijn vijanden, honend en lachend tegenover hen, die zwakker waren en toch oppositie maakten; hij wreekt de misdaad der vaderen op de kinderen tot in het derde en vierde geslacht.

Die almachtige God schiep volgens het verhaal van Mozes de heele wereld uit niets, alleen door zijn machtwoord: "Daar zij!"

Dat hebben de Joden nu al 3500 jaar en de Christenen bijna 1900 jaar geloofd en geleeraard. Wij hebben rekening te houden met die duizenden jaren oude overerving en we zouden zeer dwaas handelen, als wij lichtvaardig van Mozes' scheppingsverhaal tot de orde van den dag wilden overgaan.

De "Zwei mal zweiundfünfzig biblischen Geschichten" van de Christelijke uitgeversmaatschappij te Calw, die in de handen van millioenen geweest zijn en nu nog bij het onderwijs gebruikt worden, leidt het scheppingsverhaal van Mozes op de volgende wijze in:

"God schiep hemel en aarde door zijn woord.

Voordat God ging scheppen, bestond er niets buiten God. God alleen is eeuwig; hij kan scheppen, wat hij